• 27 december 2024 13:43

Welkom op de website van De Biljart Ballen.

Raymund Swertz: ‘Kans is groot dat ankerkader gaat verdwijnen’

jul 11, 2024

Raymund Swertz heeft in Nederland de kampioenschappen bij het ankerkader 47/2 en 71/2 aaneengeregen. Ook Europees kampioen was de inwoner van het Limburgse Afferden al zeven keer. Maar wereldkampioen worden, dat is nog nooit gebeurd. Heeft alles te maken met de geringe populariteit van deze discipline binnen het biljarten. Sterker nog: de kans is groot dat het ankerkader op termijn zal verdwijnen.

Zoals elke jonge biljarter groeide de 36-jarige Swertz op met het libre. Rond zijn vijftiende maakte hij kennis met het kader. “Ik had er talent voor. Vond het prachtig om het spel te domineren. Dat doe je vooral door een goede controle uit te oefenen op de ballen één en twee. Ik raakte eraan verslaafd.” Een jaar later, toen hij met het libre de overstap had gemaakt naar ereklasse, kwam Johan Claessen in beeld. “Hij heeft me de fijne kneepjes van het ankerkader bijgebracht. Toen ging het heel hard. Johan was niet alleen mijn leermeester, hij is ook nog eens een hele goede vriend geworden. Nog elke week heb ik contact met hem.”

Behalve met kader ging Swertz, die in Cuijk bij een vorkheftruckbedrijf werkt, zich ook toeleggen op het driebanden. Hij komt uit voor SIS in Uden. Dat heeft in juni in de eredivisie de Nederlandse titel ingepalmd. Een topjaar dus voor de Limburger: hij werd al Nederlands kampioen Ankerkader 47/2 én 71/2. Op Europees vlak deed Raymund dat nog eens dunnetjes over. Een wereldtitel, dat zou mooi zijn. ”Moet dat wel worden georganiseerd. De KNBB heeft er geen belangstelling voor. In Spanje, waar ik het EK speelde, werd er wel over gesproken. Uiteindelijk moet de UMB daarover beslissen. Is een geldkwestie. Of het zover komt, ik weet het niet. Het aantal kaderspelers neemt steeds meer af.”

De oorzaak is makkelijk aan te wijzen: het driebanden, de enige spelsoort die zich wereldwijd in de picture zet. En waar je als heel talentvol biljarter een inkomen uit kunt halen. Swertz, die ook een biljartwinkel heeft: “Daardoor wordt de tussenstap niet meer genomen. Van het libre stappen ze meteen over naar het driebanden. Dus komt het kader en bandstoten niet meer in beeld. Dat is jammer, want op technisch vlak kun je er veel van leren. Maar dat kost tijd, en die besteden ze liever meteen aan het driebanden.”

Swertz, als een van zijn laatste generatie, heeft dus nog die klassieke opleiding gedaan. Hoewel driebanden erbij is gekomen, is nimmer de gedachte bij hem opgekomen om daar alle aandacht aan te geven. “Heeft ermee te maken dat ik ankerkader oprecht mooi vind. En het gaat me heel goed af. Urenlang trainen, waar ik toch al geen voorstander van ben, hoeft dus niet.” Maar er telt nog wat mee. “Ik ben een van de laatste biljarters die het ankerkader kon leren met financiële ondersteuning van de KNBB. Daar ben ik de bond heel erkentelijk voor, zij heeft een deel van mijn succes letterlijk voor haar rekening genomen. Ben ik aan mezelf verplicht om er iets voor terug te doen. Door titels te winnen geef je het ankerkader toch nog een gezicht.” Voor zolang het duurt. “Hoe je het ook wendt of keert, deze spelsoort sterft uit.”

Foto Henry Thijssen