Biljartvereniging Hoogvliet is zo Rotterdams als wat. “Van tijd tot tijd een sneer uitdelen hoort erbij”, zegt voorzitter Rinus Rijsdijk. “Staat niemand van op zijn achterste benen. En op het eind gaan de bitterballen in het vet.”
Rinus Rijsdijk speelde jarenlang zijn potjes op het groene laken bij biljartvereniging Dubbel Zuid. Maar toen het aantal leden almaar afkalfde, werd in 2005 besloten om op te gaan in BV Hoogvliet. “Nee, het was geen fusie. Het is geruisloos gebeurd. We hebben onze financiën ingebracht, onze leden: daarmee was het klaar.”
Geen enkel gedoe dus. Heeft ook te maken met het karakter van Hoogvliet, zegt Rijsdijk (66). “Echte Rotterdammers, zoals ook wij zijn. In de omgang met elkaar wordt er wel eens een sneer uitgedeeld. Staat niet meteen iemand van op zijn achterste benen. Dat tegengas geven, ik houd er wel van. Serieus biljarten op zijn tijd, maar er moet wel wat te lachen zijn. En op het eind van de avond bitterballen in het vet, natuurlijk.” Wat de integratie ook vereenvoudigde: de biljarters van Dubbel-Zuid kregen hun eigen avond.
Rijsdijk, die in 1991 het wielrennen na een ongeluk inruilde voor het biljarten, was voorzitter van Dubbel-Zuid. Na een jaar nam hij de voorzittershamer over van Adrie Gardeniers: hij vond het mooi geweest. Een nieuwkomer die de ‘baas’ wordt, bij menig andere vereniging zou dat nooit zijn gebeurd. Rijsdijk: Het geeft al aan dat de onderlinge band heel goed is. Maar er speelt nog wat mee. “Ik doe graag mee aan wedstrijden, dus kwam ik al regelmatig bij die club. Ik was dus geen onbekende.” Voor de duidelijkheid: “Ik ben het uithangbord, maar dat alles reilt en zeilt is te danken aan het voltallige bestuur.”
Hoogvliet was gehuisvest in een voormalige kleuterschool. Daar had de gemeente Rotterdam andere plannen mee, dus is verkast naar een andere locatie. Moest het nodige opgeknapt worden. Hebben de leden, zoals Rotterdammers eigen is, grotendeels zelf de mouwen opgestroopt. “Het ziet er mooi uit. We kregen ook meer ruimte, dus konden van drie naar vier biljarts.” Dat is meer dan voldoende: Hoogvliet heeft zo’n zeventig leden. “Iets meer zou ons liever zijn. Maar dat is toch lastig.”
Ook een uitdaging: dat de leden meer binding met elkaar krijgen. “Ze hebben allemaal hun eigen avond of middag, zit je in dezelfde bubbel. Om dat sociale contact te bevorderen, hebben we ook klaverjasavonden.” En er is een website gekomen, zodat nieuwtjes met iedereen kan worden gedeeld. Ook bijzonder: “Er komen camera’s om wedstrijden live te gaan streamen. Is ook goed om in elkaars keuken te kijken. Misschien levert het ook meer animo op om zelf aan toernooien of persoonlijke kampioenschappen mee te doen. Wat dat betreft blijven we heel ver achter in vergelijking met bijvoorbeeld Noord-Brabant. In Brabant, zo heb ik gehoord, schrijft tachtig procent zich in voor toernooien en de competitie. Bij ons maar dertig procent. Heeft toch te maken met het stadse. Daar leeft het gewoon minder. ”
Foto: BV Hoogvliet